Monteur legt autoproblemen uit aan klant bij toonbank in Nederlandse garagewerkplaats met diagnose-tablet en gereedschap

Wanneer moet ik naar de garage met een storing?

Een autostoring kan variëren van een klein lampje dat aangaat tot een probleem waar je direct mee moet stoppen. De belangrijkste regel is: bij rode waarschuwingslampjes stop je zo snel mogelijk veilig. Bij oranje lampjes kun je meestal nog naar de garage rijden, maar plan wel snel een afspraak. Let ook op vreemde geluiden, trillingen of geuren, want die kunnen wijzen op een storing die aandacht vraagt. In dit artikel leggen we uit wanneer je direct moet stoppen, wanneer je nog veilig kunt doorrijden, en wat je moet doen als je autopech krijgt tijdens het rijden.

Welke waarschuwingslampjes betekenen dat je direct moet stoppen?

Bij rode waarschuwingslampjes stop je altijd zo snel mogelijk op een veilige plek. Deze lampjes geven aan dat er iets mis is dat direct schade kan veroorzaken aan je auto of gevaarlijk is voor je veiligheid. De meest kritieke zijn het oliedruklampje, het motortemperatuurlampje en het remlampje. Doorrijden met deze waarschuwingen kan leiden tot dure motorschade of gevaarlijke situaties in het verkeer.

Het oliedruklampje (vaak een oliekan met een druppel) betekent dat de oliedruk te laag is. Zonder voldoende oliedruk loopt je motor binnen enkele minuten ernstige schade op. De olie smeert alle bewegende delen in de motor, en zonder die smering kunnen onderdelen vastlopen of breken. Als dit lampje brandt tijdens het rijden, zet je auto dan meteen veilig aan de kant en schakel de motor uit. Controleer eerst het oliepeil met de peilstok. Is het peil te laag, dan kun je eventueel olie bijvullen. Blijft het lampje branden, dan is er mogelijk een lek of een probleem met de oliepomp. Laat je auto takelen naar de garage.

Het motortemperatuurlampje (thermometer in water of rode temperatuurweergave) geeft aan dat je motor oververhit raakt. Dit kan komen door een lek in het koelsysteem, een kapotte thermostaat of een defecte waterpomp. Een oververhitte motor kan scheuren in de cilinderkop krijgen of de koppakking beschadigen, wat leidt tot reparaties van duizenden euro’s. Stop direct, laat de motor afkoelen en controleer het koelvloeistofpeil. Open de dop van het koelsysteem nooit direct na het stoppen, want de vloeistof staat onder druk en kan kokend heet zijn. Wacht minimaal 30 minuten. Is het peil laag, vul dan bij met koelvloeistof of noodgedwongen water, maar laat de auto daarna wel direct nakijken.

Het remlampje (vaak een rode cirkel met een uitroepteken of het woord BRAKE) kan verschillende dingen betekenen. Soms geeft het aan dat de handrem nog aanstaat, maar als het lampje blijft branden tijdens het rijden, is er mogelijk een probleem met het remsysteem. Dit kan wijzen op te weinig remvloeistof, versleten remblokken of een defect in het ABS-systeem. Remmen zijn je belangrijkste veiligheidssysteem, dus neem dit lampje altijd serieus. Stop veilig en controleer of de handrem echt los is. Blijft het lampje branden, rijd dan niet verder en laat je auto takelen.

Ook het accuspanningslampje (batterij-icoon) vraagt om directe actie. Dit betekent dat je accu niet meer wordt opgeladen tijdens het rijden. Je kunt nog een stukje doorrijden op de resterende lading, maar alle elektrische systemen (inclusief stuurbekrachtiging en rembekrachtiging bij moderne auto’s) kunnen uitvallen. Schakel onnodige elektrische verbruikers uit en rijd direct naar de dichtstbijzijnde garage, of stop als je merkt dat de auto minder reageert.

Hoe herken je het verschil tussen een kleine en grote storing?

Het verschil tussen een kleine en grote autostoring zit vaak in de symptomen en de urgentie. Grote storingen geven meestal duidelijke signalen zoals vreemde geluiden, sterke trillingen, rook of brandlucht. Kleine storingen zijn vaak subtiel, zoals een oranje waarschuwingslampje zonder direct merkbare verandering in het rijgedrag. Als vuistregel geldt: alles wat de veiligheid of bestuurbaarheid beïnvloedt, is een grote storing die direct aandacht vraagt.

Vreemde geluiden zijn vaak een teken dat er iets niet klopt. Een luid kloppend geluid bij het remmen wijst op versleten remblokken. Een gierende riem kan wijzen op een loszittende of versleten V-snaar. Een metallisch schrapend geluid tijdens het rijden kan duiden op een probleem met de wiellagers of remmen. Tikgeluiden uit de motor kunnen wijzen op klepafstelprobleemen of olietekort. Luister goed naar waar het geluid vandaan komt en probeer te beschrijven wanneer het optreedt (bij optrekken, remmen, sturen, bepaalde snelheid). Deze informatie helpt de monteur enorm bij het diagnosticeren.

Trillingen die je voelt in het stuur, de versnellingspook of het gaspedaal zijn signalen die je serieus moet nemen. Trillingen in het stuur bij hogere snelheid kunnen wijzen op onbalans in de wielen of versleten wielophanging. Trillingen bij het remmen duiden vaak op kromgetrokken remschijven. Een trillende motor in stilstand kan wijzen op ontstekingsproblemen of versleten motorsteunen. Kleine trillingen zijn vaak niet direct gevaarlijk, maar kunnen wijzen op slijtage die erger wordt als je het negeert.

Rook of stoom uit de motorkap is altijd een teken om direct te stoppen. Blauwe rook uit de uitlaat wijst op olieverbruik. Zwarte rook betekent dat de motor te veel brandstof verbandt. Witte stoom kan wijzen op een koelvloeistoflek of een kapotte koppakking. Rook uit de motorkap zelf kan duiden op een oververhitte motor of een olielek op hete motoronderdelen. Dit zijn geen kleine storingen, stop direct en laat de auto afkoelen.

Geuren zijn ook belangrijke signalen. Een brandlucht kan wijzen op een kortsluiting, oververhitte remmen of een slippen de koppeling. Een zoete geur kan duiden op lekkende koelvloeistof. Een rotte-eierenlucht wijst op problemen met de katalysator. Een benzinegeur betekent mogelijk een lek in het brandstofsysteem. Deze geuren zijn allemaal tekenen dat er iets niet klopt en dat je snel naar de garage moet.

Oranje waarschuwingslampjes zijn meestal minder urgent dan rode, maar negeer ze niet. De motorcontrolelamp (check engine) kan honderden verschillende oorzaken hebben, van een losse tankdop tot een defecte zuurstofsensor. De ABS-lamp betekent dat je antiblokkeer systeem niet werkt (je remmen werken nog wel normaal). De airbag-lamp wijst op een probleem met het airbagsysteem. Deze storingen vragen om een afspraak bij de garage binnen een paar dagen, maar je kunt meestal nog veilig doorrijden als de auto verder normaal rijdt.

Wanneer kun je nog veilig doorrijden naar de garage?

Je kunt nog veilig naar de garage rijden als er geen rode waarschuwingslampjes branden en de auto normaal blijft rijden, sturen en remmen. Bij oranje lampjes zonder merkbare verandering in het rijgedrag kun je meestal nog naar de garage, maar plan wel binnen een paar dagen een afspraak. Let op de afstand: rijd niet verder dan 10-15 kilometer als je twijfelt over de ernst van het probleem. Bij twijfel is het altijd verstandiger om de auto te laten takelen dan risico te nemen.

Als je besluit om door te rijden naar de garage, neem dan voorzorgsmaatregelen. Rijd rustig en vermijd snelwegen als dat kan. Houd je snelheid laag, zeker als je vreemde geluiden hoort of trillingen voelt. Schakel onnodige elektrische verbruikers uit (radio, airco, verwarming) om de accu te sparen als het accuspanningslampje brandt. Houd extra afstand tot andere auto’s voor het geval je remmen niet optimaal werken. Rijd bij voorkeur overdag en via bekende routes, zodat je weet waar je eventueel veilig kunt stoppen.

Bij bepaalde storingen is een takelwagen altijd de beste keuze. Als je rook ziet, vreemde brandlucht ruikt, de auto sterk trilt of vreemde geluiden maakt, dan is takelen verstandiger. Ook bij problemen met de besturing, remmen of versnellingsbak moet je niet zelf doorrijden. Als je ergens langs de snelweg stilstaat, is het gevaarlijk om zelf weer weg te rijden. Laat de auto dan takelen naar de garage. De kosten van een takelwagen zijn altijd lager dan de schade die ontstaat door doorrijden met een ernstige storing, of erger nog, een ongeluk.

Voor Renault, Peugeot en Citroën hebben we veel ervaring met specifieke storingen die wel of niet veilig zijn om mee door te rijden. Renault-modellen hebben bijvoorbeeld soms een storing in de elektronische handrem die een waarschuwing geeft maar niet direct gevaarlijk is. Bij Peugeot en Citroën komt het voor dat de dieselroetfilter-lamp aangaat, waarmee je nog naar de garage kunt rijden voor een regeneratie. We behandelen ook alle andere automerken, dus bel gerust even om te overleggen of doorrijden verstandig is. Wij kunnen je vaak direct vertellen hoe urgent het probleem is op basis van je beschrijving.

Wat moet je doen als je storing krijgt tijdens het rijden?

Als je een storing krijgt tijdens het rijden, is het belangrijkste om rustig te blijven en veilig te stoppen. Zet je alarmlichten direct aan om andere weggebruikers te waarschuwen. Op de snelweg rijd je rustig naar de vluchtstrook, op een gewone weg zoek je een veilige plek buiten de rijbaan. Maak geen abrupte bewegingen en let goed op het verkeer achter je. Als de auto helemaal uitvalt en je geen stuurbekrachtiging of rembekrachtiging meer hebt, vraagt het meer kracht om te sturen en remmen, maar het kan nog wel. Blijf kalm en stuur naar een veilige plek.

Zodra je veilig stilstaat, zet je de motor uit en de handrem aan. Controleer of je veilig uit de auto kunt stappen. Op de snelweg is het gevaarlijk om uit te stappen aan de rijbaankant. Stap uit aan de passagierskant en ga direct achter de vangrail staan, ver van de rijbaan. Neem je telefoon en portemonnee mee, maar laat andere spullen in de auto. Je veiligheid gaat voor alles. Als je niet veilig kunt uitstappen, blijf dan in de auto met de gordel om en bel 112 voor hulp.

Als je wel veilig kunt uitstappen, plaats dan een waarschuwingsdriehoek. Op de snelweg zet je deze ongeveer 100 meter achter je auto. Op een gewone weg is 30-50 meter voldoende. Loop altijd achter de vangrail of zo ver mogelijk van de rijbaan. Als het te gevaarlijk is om een driehoek te plaatsen, laat het dan maar zitten. Je eigen veiligheid is belangrijker. Ga daarna terug naar een veilige plek achter de vangrail en bel hulp. Blijf nooit bij je auto staan langs de snelweg, ook niet om snel iets te controleren.

Voor hulp inschakelen heb je verschillende opties. Als je pechhulp hebt (via je verzekering of ANWB), bel dan dat nummer. Leg duidelijk uit waar je bent, wat er gebeurd is en wat voor lampjes er branden. Als je geen pechhulp hebt, kun je direct een garage bellen. Wij bij Autobedrijven Verdonk in Veldhoven zijn bereikbaar tijdens openingstijden en kunnen vaak direct advies geven over wat je moet doen. We kunnen inschatten of je auto getakeld moet worden of dat je nog veilig naar ons toe kunt rijden. Voor Renault-rijders met garantie of lease regelen we alles volgens de officiële procedures.

Op een binnenweg is de situatie vaak minder gevaarlijk dan op de snelweg, maar de principes blijven hetzelfde. Zet je auto zo ver mogelijk uit de rijbaan, zet alarmlichten aan en plaats een waarschuwingsdriehoek. Je kunt hier vaak veiliger bij je auto blijven staan. Controleer snel wat er aan de hand is: brandt er een waarschuwingslampje, ruik je iets, zie je iets lekken onder de auto? Deze informatie helpt de monteur of pechhulp om in te schatten wat er nodig is. Maak eventueel een foto van het dashboard met de brandende lampjes, dat helpt bij het uitleggen van het probleem.

Als je in de winter of bij slecht weer pech krijgt, zijn er extra aandachtspunten. Blijf warm door in de auto te wachten als dat veilig kan (niet op de vluchtstrook van de snelweg). Zet de motor alleen af en toe aan voor verwarming, niet continu, om brandstof te sparen en uitlaatgassen te vermijden. Zorg dat de uitlaat vrij is van sneeuw. Houd je telefoon opgeladen en neem een powerbank mee als je vaak lange ritten maakt. In de winter kan het langer duren voordat hulp er is, dus wees voorbereid.

Kom je er niet uit? Bel even

Een autostoring is altijd vervelend, maar met de juiste actie voorkom je grotere schade en gevaarlijke situaties. Bij rode waarschuwingslampjes stop je direct, bij oranje lampjes plan je snel een afspraak. Leer de signalen van je auto kennen en twijfel niet om hulp in te schakelen als je het niet zeker weet.

Bij Autobedrijven Verdonk in Veldhoven helpen we je graag verder met storingen aan alle automerken. Of je nu een Renault, Peugeot, Citroën of een ander merk rijdt, we kunnen je vaak direct adviseren over de ernst van het probleem en wat je moet doen. Met onze diagnoseapparatuur en 95 jaar ervaring vinden we snel wat er aan de hand is. Regelmatig auto onderhoud helpt trouwens om veel storingen te voorkomen. Bel gerust even als je twijfelt, dan denken we met je mee over de beste aanpak. Soms kan een storing wachten tot een geplande afspraak, soms is directe actie nodig. We vertellen je altijd eerlijk waar je aan toe bent.

Hulp nodig met autostoringen?

Twijfel je of je storing direct aandacht nodig heeft of kun je nog veilig doorrijden? Neem contact op met Autobedrijven Verdonk in Veldhoven. We adviseren je graag over de beste aanpak en zorgen voor een snelle diagnose en oplossing. Met onze ervaring en moderne apparatuur vinden we snel de oorzaak van het probleem.

Maak een afspraak en rijd weer zorgeloos verder.

Related Articles